Sparen en beleggen

In Nederland wordt er gebruik gemaakt van een boxenstelsel voor de inkomstenbelasting. Daarnaast hebben we sinds 2001 de vermogensrendementsheffing. Door de Belastingdienst wordt een variabel fictief rendement verondersteld op uw vermogen. Dit is exclusief uw eigen woning. Het maakt dus niet uit hoeveel rendement er daadwerkelijk gemaakt wordt. Over het fictieve rendement wordt een schijventarief berekend. Dit is uitsluitend bij vermogen dat hoger is dan het vrijgestelde vermogen. Uw vermogen waarover de vermogensrendementsheffing wordt geheven zit in box 3. Waar dit uit bestaat hebben we voor u op een rij gezet: 

  • Aandelen, beleggingen, obligaties, opties en andere beleggingsvormen;
  • Onroerend goed zoals een tweede huis of vakantiehuis;
  • Tegoed op uw bankrekening;
  • Spaartegoeden in het buitenland;
  • Vorderingen.

Er zijn drie schijven. Daarnaast is het vrijgesteld vermogen 30.000 euro per persoon.

De drie schijven voor het bepalen van de vermogensrendementsheffing bestaan uit:

  • Tarief nul tot een vermogen van 30.360 euro.
  • Tarief 1,935% voor de eerste 71.650 euro extra.
  • Tarief 4,451% voor extra vermogen tot aan 989.736 euro.
  • Tarief 5,6% voor extra vermogen boven de 989.736 euro.

Er ontstaat dus een tarief dat afhankelijk is van de hoogte van het vermogen.